• #5 - 1960 Feyenoord als eerste Westerse club ooit naar de Sovjet Unie

    Al redelijk snel na onze oprichting speelden we tegen buitenlandse tegenstanders, zowel uit als thuis en met name in 1946 de trip naar Curacao was een unicum en belevenis, waarover een prachtig boekwerkje is verschenen.

    Maar ook het jaar 1960 zorgde voor een unicum; Feyenoord ging als eerste westerse voetbalclub voetballen binnen de grenzen van de toentertijd zo gevreesde communistische wereldmacht.

    Uit het in ons archief aanwezige rapportje van toenmalig Bestuurslid van de Commissie Buitenlandse wedstrijden, Cees Prins, blijkt dat hij in contact was gekomen met een persoon die regelmatig sportploegen uit de Sovjet Unie naar het Westen haalde. Hij meldde dat het Stedelijk elftal van Moskou bereid was om een wedstrijd in Nederland te spelen tegen een vergoeding van 100.000 gulden. De penningmeester vond dat veel te veel, want andere ploegen kregen niet meer dan 20.000 gulden. De rest van die Commissie had er echter wel oren naar. Clubteams uit de Sovjet Unie namen tot 1965 niet deel aan Europese bekercompetities en dergelijke vriendschappelijke wedstrijden waren de enige mogelijkheid om zich met West Europese ploegen te meten. 

    Uiteindelijk werd 75.000 geboden met de voorwaarde dat Feyenoord 3 wedstrijden in de Sovjet Unie mocht komen spelen, waarbij de reis- en verblijfkosten volledig door de gastheren zouden worden betaald.

    Op 17 maart 1960 speelde Feyenoord tegen het Stedelijk elftal van Moskou voor een uitverkochte Kuip en verloor ternauwernood met 0-1 van een ploeg die bijna geheel bestond uit spelers (waaronder de legendarische keeper Lev Yashin) die enkele maanden later met het nationale team (de eerste) Europees Kampioen werden. 

    Cees Prins had goede contacten bij de KLM en kon regelen dat hij kon meevliegen met de eerste vlucht van de nieuwe Lockheed Electra naar Moskou om het tegenbezoek voor te bereiden. In het eerder genoemde rapportje wordt het “een snoepreisje” genoemd; in het vliegtuig werd volop kaviaar en wodka geserveerd! Naast alle onkosten die vergoed werden kreeg ieder teamlid 600 roebel zakgeld.                                                       

    Op 18 juli vertrok men naar de Sovjet Unie en op 20 juli was de wedstrijd tegen Admiral uit Leningrad (thans St. Petersburg); met technisch verzorgd spel werd met 0-1 gewonnen. Op 24 juli in (“bloedjeheet”) Tblisi (thans in Georgië) tegen Dinamo Tblisi werd met 3-1 verloren. Op 27 juli tenslotte werd tegen het bijzonder sterke Dinamo Moskou met 2-2 gelijkgespeeld.

    Een onvergetelijke trip!

    Eddy Pieters Graafland stuurde deze ansichtkaart van het Rode Plein met handtekeningen van zijn medespelers naar zijn echtgenote Teddy.